Ik stel mijn buurt voor van Elodie.

Mijn buurt is groot.

Zij is oud.

Mijn buurt in beweging.

Er zijn veel toeristen en er zijn veel huizen.

Er is een grote markt.

In mijn buurt zijn er veel bakkerijen.

Mijn buurt is niet rustig.

In mijn buurt is er veel animatie.

Mijn buurt is heel grappig.